Iedereen wil het beste voor zijn paard. Toch blijkt uit onderzoek van dierenartsen, dat maar liefst 70% van de aandoeningen bij paarden direct of indirect veroorzaakt wordt door verkeerd voeren. Ruwvoer blijkt nog belangrijker dan we al dachten.
Te weinig en/of slechte kwaliteit ruwvoer
De meeste paardenhouders hebben geen idee hoeveel ruwvoer ze eigenlijk voeren. Er wordt vaak gepraat over plakken, armen en hopen hooi en kuilgras, maar meestal is bekend hoeveel kilo dit precies is. Wegen dus! De minimale hoeveelheid ruwvoer is 1 kg (liever 1,5) drogestof per 100 kg lichaamsgewicht, dus minimaal 7 kg hooi en 8 kg kuil (liever respectievelijk 10 en 12 kg). Zorg altijd voor fris ruikend, schimmelvrij ruwvoer!
Teveel krachtvoer
De behoefte van een paard wordt vaak overschat, waardoor teveel krachtvoer wordt bijgevoerd. Meestal wordt de hoeveelheid krachtvoer per dag te hoog door het combineren van verschillende producten. Veel paarden krijgen zowel brok als muesli en soms wordt hier nog een voedermiddel aan toegevoegd en nog extra supplementen. Overgewicht en overschotten aan bepaalde voedingsstoffen kunnen hierdoor ontstaan, met alle gevolgen van dien.
Te snelle verandering
Verandering van spijs doet eten, zegt men. Voor paarden geldt dit niet. Regelmaat is belangrijk; een constant rantsoen met zo min mogelijk veranderingen voorkomt problemen. Wissel niet steeds van voer (ook niet van ruwvoer!) en neem ruim de tijd voor de omschakeling van stal naar wei en andersom.
Invloed
Bovenstaande fouten hebben voornamelijk invloed op de blinde en dikke darm. Daar leven biljoenen bacteriën, die voer omzetten in andere stoffen die het paard nodig heeft. Deze complexe samenleving is heel gevoelig voor verandering en de bacteriepopulaties hebben tijd nodig om te wennen aan nieuwe situaties. Plotselinge veranderingen kunnen voor problemen zorgen. Maar ook continue aanvoer van verkeerde voedermiddelen kan nadelig werken.
Bron: Hoefslag
Foto: Sabine Timman / CAP Magazine